Over mezelf

Hallo daar! Voor zij die hier voor de eerste keer komen, even kort schetsen wie ik ben. Ik ben Leopold, de eerste en enige bloggende beukenboom. Soms ben ik een echte oude bromboom en soms zo enthousiast als een pasgeboren stekje. Doel van deze blog: mensen eens door een andere bril naar de wereld en de natuur laten kijken. Geniet er van!
Natuurlijke groeten,
Leopold

woensdag 23 april 2014

Pas op voor bomen!



Het is weer eens wat anders dan je dacht! Bij het begin van de winter voelde ik me erg down. Na de ellenlange winter van vorig jaar, had ik er compleet geen zin meer in! Maar kijk eens aan! Ik heb het zelfs niet eens koud gehad en de zon blijft ons trakteren met haar warme stralen. Heerlijk toch! Zelfs deze oude knorboom fleurt daar van op!
Das is ook nodig, want eerder deze week hoorde ik Joris vertellen dat er een heel aantal bomen in de omgeving er weer aan gaan moeten geloven. Omdat ze een gevaar zouden vormen voor de mensen. WAT? Ik dacht dat ik hem verkeerd verstaan had (er zat dan ook een vervelende mus in mijn kruin te tsjierpen, wat voor nogal wat ruis zorgde). Gelukkig herhaalde hij nog eens wat hij gezegd had. Inderdaad, de bomen zorgen voor gevaar volgens sommige mensen. Dommeriken! (Kijk eens aan, ik heb goed opgelet toen Shana vorige week haar spellingoefeningen met de mama op mijn bankje aan het overlopen was: zelfstandige naamwoorden die eindigen op onbeklemtoond –ik en dus dof klinken, krijgen geen verdubbeling. Al vind ik persoonlijk dommerik op het einde niet zo dof klinken, maar goed, ik dwaal wat af, precies…) Ze lijken te vergeten dat ze zonder ons niets zouden zijn. Geen zuurstof, geen leven! Ik hoorde Joris uitleggen dat er omvalgevaar zou zijn bij de betreffende bomen en dat er nieuwe bomen in de plaats zouden gezet worden. Alsof zo’n dunne, jonge stengel gelijkwaardig zou zijn aan een robuuste klepper als de Sjarel!
Het deed me nog eens beseffen hoe willekeurig het leven is. Mij houden ze in leven, ze ondersteunen me, zagen enkele takken af zodat m’n stam toch maar niet zou scheuren. Uiteraard kus ik mijn blaadjes hier voor! Maar waarom ben ik geen gevaar voor de mensen en Sjarel, die nota bene veel jonger is als ik, dan weer wel? Of heb ik dan toch nog een hoger levensdoel en maakt het gewoon allemaal deel uit van een groot masterplan?

woensdag 2 april 2014

Hoe de boomchirurg met kettingzaag voor m'n eigen goed bleek te zijn



Normaal spring ik een spreekwoordelijk gat in de lucht bij het inzetten van de lente, maar dit jaar heb ik er een dubbel gevoel bij. Waarschijnlijk omdat ik nog aan het bekomen ben van wat ze me hier vorige week allemaal hebben aangedaan. Gelukkig had Tineke me verwittigd en me rustig uitgelegd waarom ze het gingen doen. Het was voor mijn eigen goed, om mijn stam te ontlasten en te voorkomen dat ik in twee zou splijten. Ik voelde me plots oud. Als de mens me al moet gaan verzorgen omdat ik anders het misschien onder mijn eigen gewicht zou gaan begeven…
Maar goed, vorige week stonden ze hier: twee mannen van de gemeente (die uiteindelijk maar weinig gedaan hebben) samen met een boomchirurg. Ik zag de gevaarlijke kettingzaag al klaarliggen en ik hield me voor om alleen aan plezante dingen te denken. De zon scheen, de vogeltjes floten, het was een perfect mooie lentedag. Toch was het niet genoeg om mijn gedachten af te leiden.
‘Ik zou voorstellen van die tak daar al zeker af te zagen en die daar lijkt me ook niet meer zo gezond.’ De boomchirurg staarde me nog wat langer aan. Het zouden vijf takken worden. Een kleine paniek viel over me heen. Vijf takken? Die weet zeker niet hoe pijnlijk dat gaat worden? Je moet weten dat een tak die afgezaagd wordt zeker tien keer zo pijnlijk is als een tak die door de wind wordt afgerukt. Dat laatste geeft een vlammende pijn, maar het respecteert wel mijn vezelstructuur. Een tak die afgezaagd wordt, volgt geen structuur. Het is bot recht, het duurt veel langer dan de snok van een windvlaag en nu ik wist hoeveel ze gingen afzagen, maakte dat me alleen maar ongeruster.
Ik hoorde een hels lawaai en zette me schrap. Ik zag hoe de boomchirurg met de kettingzaag naderde. Voor mijn eigen goed, bleef ik maar denken. Het geluid van de zaag door mijn tak ging als een rilling door mijn gehele boom. Ik wilde het uitschreeuwen van de pijn. Hoe zou jij je voelen, mochten ze zomaar een been afzagen? Heel even dacht ik er aan op te geven. Gewoon neerstorten en doodgaan, makkelijker als dat kon niet! Toen zag ik Tineke weer voor me. Hoe ze enthousiast vertelde dat mijn blog de mensen bezig houdt, dat ze me ten volle gaat ondersteunen om de populairste boom van het park te worden en hoe ze me in tranen moest toegeven dat ik voor haar een heel trouwen vriend geworden ben. Ik kreeg weer moed en hoorde iemand zeggen: ‘Alleen deze nog, grote jongen, en dan zijn we klaar.’ Dat vond ik lief. Ik wou hem zeggen dat hij gerust ‘Leopold’ mocht zeggen, maar ik vond geen manier om het aan hem te communiceren.
Nu sta ik hier, blij dat ik het niet heb opgegeven, maar toch ook triest omdat ze wat van me hebben afgepakt. De wetenschap dat het me sterker maakt, is maar een magere troost. Ik hoop snel de moed weer terug te vinden om blaadjes aan te maken, zodat ik voor nog meer verkoelende schaduw kan zorgen, want met de opwarming van de aarde lijkt me dat geen overbodige luxe voor jullie!