Over mezelf

Hallo daar! Voor zij die hier voor de eerste keer komen, even kort schetsen wie ik ben. Ik ben Leopold, de eerste en enige bloggende beukenboom. Soms ben ik een echte oude bromboom en soms zo enthousiast als een pasgeboren stekje. Doel van deze blog: mensen eens door een andere bril naar de wereld en de natuur laten kijken. Geniet er van!
Natuurlijke groeten,
Leopold

zondag 28 maart 2021

Afscheid van een tak

 Oh, wat mis ik ze toch! De wilde verhalen van mensen: de reisverslagen, de zotte avonden onder vrienden en de overweldigende ervaringen. Als ik me vroeger wat rot voelde, duurde dat meestal niet lang, want dan hoorde ik een of ander gek verhaal van een voorbijganger (zoals die ene keer toen Katja aan Veerle vertelde dat ze dat weekend, na enkele glazen wijn, boven op een brandweerwagen was gekropen en had staan dansen) en dan voelde ik hoe de spontaneïteit van dat moment op mij over ging en voelde ik me weer veel beter.

Maar het afgelopen jaar voelde ik weinig vreugde bij de mensen. Helaas! Want sinds die grote tak afbrak, kan ik best wat afleiding, wat frivoliteit gebruiken. Een fijn en sappig verhaal dat me even mijn eigen miserie zou doen vergeten... In plaats daar van, leken kinderen het leuk te vinden om zich in mijn miserie te nestelen (letterlijk dan, ze klommen doodleuk op mij en gingen in mijn wonde zitten). Het leek dan misschien een super coole, exclusieve, uitnodigende grot in een boom, maar voor mij wat het het pijnlijkste wat ik ooit in mijn lange bestaan heb meegemaakt. Ja, zelfs pijnlijker dan de tornado of bommen die in het rond vlogen. De afscheurende tak gaf eerst een paar weken lang een zeurende pijn, die heel plots vlammend en allesverscheurend werd. Ik kraakte het uit van de pijn. Ook mentaal was het een zwaar verlies, de tweede iconische tak die ik zomaar moest loslaten! Alsof dat nog niet genoeg was, stond ik zo'n half jaar te koekeloeren met een open wonde. Het oogde misschien spectaculair, maar ik was compleet het noorden kwijt.

Gelukkig werd de wonde een tijdje geleden verzorgd en de tak werd netjes in stukken verzaagd. Traag, maar gestaag voel ik hoe ik weer tot leven kom. Met de lente in aantocht hoop ik ook ter baste dat de mensen binnenkort weer passeren met fijne, spontane verhalen over wilde weekends, grappige uitschuivers en fantastische familiefeesten. Ik hoop het echt!

zaterdag 28 maart 2020

De typiste spreekt


Leopold dicteerde me zojuist een nieuwe blogpost, maar ik vrees dat ik hem niet kan posten. Ik negeer even alle scheldwoorden die hij nu uitkraamt. Het komt er op neer dat hij zich gecensureerd voelt en dat hij mij gaat aanklagen (good luck with that, gekke ouwe boom). Het is niet omdat ik hem het zwijgen wil opleggen, laat dat duidelijk zijn. Wel omdat er voor alles een plaats en tijd is. In volle crisis heeft niemand een boodschap aan de ongezouten mening van een brommende boom. Want ja, zijn mening is nogal pittig...
Gisteren trof ik hem in een beter moment en hij vertelde me over een gelijkaardige situatie zo'n honderd jaar geleden. 'Het was anders, nog fataler, denk ik. Want eerst leek er weinig aan de hand en toen plots had iedereen schrik van elkaar. Niemand kwam nog buiten en mensen vielen dood als vliegen.'
'Kan je dat eventueel subtieler zeggen, Leopold?' vroeg ik voorzichtig.
'Nee, want zo was het!'
Koppige, gekke boom!
'Oh ja, ik moest het positief houden van je.'
'Graag, ja.'
'Positiviteit is de grootste jeugdzonde bij uitstek!'
'Daar gaat het nu niet om, lieve boom. Je ging me vertellen waarom het nu erg is, maar niet zo erg als toen.'
'De mensen werden toen veel minder snel op de hoogte gebracht, dus eerst wisten ze niet wat er gaande was. Het was pas na enkele weken dat ze wisten wat hen overkwam. Dus zo goed als iedereen was reeds besmet. Bovendien was er toen ook nog de oorlog. Mensen waren blij dat ze die overleefd hadden en plots kwam er een veel onbekendere vijand. Iedereen had honger en kou, dat was pas miserie! Waar de mensen nu over klagen, weet ik eigenlijk niet. Een bende z...'
'Ja, dank u voor uw reactie, Leopold. We zullen het hier bij laten.'
Hij vond het niet fijn dat ik hem onderbrak, wat hem compleet verzuurde en dus leidde tot de te censureren blogpost, die u, wie weet, nog wel voorgeschoteld krijgt als de tijd er rijp voor is.

woensdag 20 november 2019

Het nut van de herfst


Na al die jaren van de herfst te haten, bewonder ik het bos, dankzij nieuwe inzichten in m'n bast. Ik observeer een paleis met een gouden tapijt. Het is een prachtig zicht, al het verlies buiten beschouwing gelaten.
Want de herfst bleef voor mij een dubbel gevoel geven. Ieder jaar moest ik afscheid nemen van een groot deel van mezelf. Maar nu al die bladeren op de grond liggen en hun rood-gouden gloed verspreiden, word ik geraakt door hun schoonheid. 
Het was een onschuldige vraag van de kleine Liam die me tot inkeer bracht. Samen met zijn mama kwam hij zondag voorbij mij gewandeld.
'Maar mama, waar gaan al die blaadjes dan naartoe?'
'Die worden terug één met de aarde, jongen.'
'Maar doet het dan geen pijn voor de bomen om al hun bladeren te laten vallen?' Hij keek bezorgd omhoog naar mijn kruin.
'Natuurlijk niet.' Ze wist er duidelijk niets van! 'Want op deze manier maken ze plaats voor nieuwe blaadjes in de lente. Ze nemen dus afscheid om plaats te maken voor iets nieuws.'
Dit inzicht sloeg bij mij in als een bom! Ik voelde hoe ik op m'n wortels stond te trillen. Ik had het zelf nog nooit zo bekeken. Meer dan 200 jaar lang zag ik op tegen het afscheid dat de herfst met zich mee bracht, nooit in staat het grotere geheel te erkennen. Ik voelde me een ongelooflijk domme boom.
Nu ik weet waarom ik al 1323 blaadjes heb laten gaan – en er minstens nog evenveel zullen volgen – vind ik het niet meer zo erg. De kiem van nieuw leven, een nieuw deel van mezelf, zit immers al klaar in mij en die gedachte houdt een oude beuk als mezelf toch enigszins jong.

vrijdag 11 oktober 2019

Wat je van bomen leren kan


Hoe heerlijk het leven kan zijn! Zo gewoon wat zachtjes meedeinen op de wind en je takken laten mee zwiepen. Ondertussen laat ik zorgeloos mijn vruchten van dit jaar los en bereid me voor om ook mijn bladeren helaas alweer te verliezen. Het doet me ieder jaar weer zeer om er afscheid van te nemen, maar dan dein ik mee en weet ik dat het goed komt. Zoals alle bomen overigens doen wanneer ze zich toch eens druk maken om iets. En laat het nu net dat zijn, mijn trouwe lezer, dat ik bij mensen steeds minder ervaar. Ze zijn het vermogen om te deinen kwijt geraakt. Ze maken zich om van alles druk: omdat ze zichzelf te dik vinden, omdat ze hun baas een eikel vinden, omdat de soep te koud is, omdat de jongste met een slecht rapport thuis komt, omdat hun schoonmoeder een moeial is en ga zo maar door. De lijst van dikmakers is eindeloos.
Ik zie mensen ook steeds sneller gaan leven. Ze moeten meer en het moet beter, de lijst wordt alsmaar langer en niemand maakt nog tijd om mee te deinen op de wind, hoewel dat juist de oplossing kan zijn voor vele problemen. Misschien is het omdat er steeds minder bomen zijn, dat mensen het voorbeeld niet meer zien en het daardoor verleerd zijn. Ik doe bij deze een warme oproep om meer bomen te planten, zeker op plaatsen waar veel mensen zijn, zodat jullie ons kunnen observeren, je zal er van versteld staan wat we jullie nog allemaal kunnen leren.

woensdag 8 mei 2019

Wanneer je opgeslokt wordt door het bos...


Gisteren in de namiddag zaten Sonja en Ils rustig op het naburige bankje te keuvelen. Eigenlijk was het er wat te koud voor, maar daar trokken de twee vriendinnen zich niets van aan.
'Hoe ist eigenlijk nog met elle va?'
'Ja, goe, hé. Toch voor de omstandigheden. Wij hebben die vorige maand toch naar het rusthuis gedaan en ik heb den indruk dat hem het er wel gewoon begint te worden.'
'Allez, das dan een chance. Bij ons moe heeft dat nooit niet gemarcheerd in het rusthuis. Die voelde zich daar echt te eenzaam, en dan dachten wellie: jamaar moe, gaat dan is buurten bij Maria van der neffe, maar dat pakte niet.'
Die uitspraak raakte me. Ik zie veel eenzaamheid rondom mij, maar merk ook dat het onderwerp gevoelig ligt bij mensen. Ik voelde plots ook een trilling opkomen, wat je nog het meest kan vergelijken met boosheid, denk ik. De mensen hier sluiten de oudere mensen af van de buitenwereld, het volwassen kind verbergt zijn of haar ouders op een plek waar het er geen last mee heeft. De ouderen worden geïsoleerd. Hoe meer ik mijn gedachten hierover liet stromen, hoe meer trillingen ik voelde, want ik besefte plots dat ze met mij hetzelfde gedaan hebben. Het pad werd verlegd voor mijn eigen goed, zo zeggen ze dan. Maar ik voel me zo afgezonderd de laatste tijd. Langzaam maar zeker is de omgeving mij aan het opslokken. Ik word opgegeten door het bos. Ik ben minder en minder zichtbaar voor voorbijgangers en steeds minder mensen stoppen om mij te bewonderen. En die voze sequoia blijft wel de volledige aandacht krijgen, want het pad loopt nog wel steeds langs hem. Ik voel me stilaan ten onder gaan... Zal ik de strijdbijl dan maar begraven om de meest bezochte boom van het park te worden? Of is het mogelijk dat een tweehonderd jaar oude boom zich nog herpakt? Gelukkig geeft tijd raad!

woensdag 27 maart 2019

Serge, de sympathieke lama

Enkele dagen geleden hoorde ik met veel bravoure aankondigen dat het circus in het dorp was gearriveerd en dat er weer spectaculaire shows op het programma stonden. Dat deed me meteen terugdenken aan dat voorval van enkele jaren geleden, toen de oudjes meer onder de indruk leken te zijn dan de kinderen die ze mee hadden genomen naar het circus.
'Wat een lenig vrouw aan de trapeze!' hoorde ik Valère aan Gilbert vertellen. Zijn pretoogjes schitterden nog harder dan anders.
'Ons Gusta zei dat ze die acrobaat op zijn rollerkes het beste vond.' Gilbert was niet zo voor circustoestanden en kon alleen maar papegaaien wat zijn vrouw gezegd had.
'En die truk met de lana, die was magnifiek!'
Een lana? Het was een woord dat ik nog nooit gehoord had. En daar moet je dan verdomme zo oud voor zijn geworden! Uit het verdere gesprek kon ik afleiden dat het om een dier ging, met vier poten en zonder vleugels. Ik probeerde me er een beeld bij te vormen, maar dat lukte me niet. Zou het een roofdier zijn? Of een tam dier?
Die avond waaide het nogal stevig. M'n takken gingen van hier naar ginder en met mijn uiteinden probeerde ik een glimp van het circusterrein op te vangen. Helaas, al wat ik kon zien was het topje van de circustent. Voor de zoveelste keer in mijn bestaan voelde ik een gekende frustratie opkomenn. Waarom kon ik me waterverdomme niet verplaatsen? Om stoom af te laten, liet ik mijn takken extra hard meewaaien met de wind.
Plots hoorde ik enkele jonge mannen in het bos. Ze hadden duidelijk veel plezier.
'Wat een schitterend beest! Kijk! Zo tam dat die is!'
Ik kreeg ze in mijn vizier. Vijf jonge mannen waren op wandel met een soort schaap, maar dan op lange poten en met een lange nek. Ze waren op stap in het donkere bos alsof ze dat alle weken deden.
'Kom, we moeten een foto nemen! Koen, Wouter, gaan jullie recht van de lama staan.' Lama? Zei die nu lama of lana? Was dit nu het beest van die geweldige truk die Valère had beschreven? Het leek me toch maar een beetje een stom beest.
'Gino en Jean, jullie gaan links van hem staan en pak hem maar precies vast, alsof hij een van ons is.'
'Man, dat lukt toch nooit! Dat beest gaat toch lopen dan?' Het was de tweede van rechts die dat zei. Maar de foto lukte wonderwel. Het beest stond te glimlachen tussen de mannen alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Alsof hij ieder weekend wel op stap ging met een stel zatte venten.
Na de fotosessie was de lol er af voor de mannen. Ze waren wel zo slim het beest vast te binden aan Charles, een kleine eik naast me. De rest van de nacht heb ik de lama aangestaard. Ik had honderden vragen voor dit vreemde dier, maar vond geen kanaal om ze te stellen. De volgende ochtend zijn de circusmensen hem komen zoeken.
'Mais voilà, Serge mon chouchou! Qu'est-ce qui se passe?' Hij maakte de lama, die blijkbaar Serge heette, los en zuchtte iets in diezelfde vreemde taal. Serge was blij ter plaatse aan het trappelen, alsof hij wou zeggen: zo gebeurt er eindelijk nog eens iets spannends! Toen ze vertrokken, draaide Serge zich nog eenmaal om, met zijn eeuwige glimlach op zijn lippen. Het leek zelfs alsof hij nog even knipoogde naar ons.

woensdag 20 februari 2019

De toestand van onze planeet is ernstig...

De eerste zonnestralen, wat doen ze me ieder jaar toch weer deugd! Ze warmen mijn naakte takken op, geven mijn wortels een boost en vrolijken mijn bast instant op. Ja, de eerste zonnestralen doen deugd voor boom en mens.
Deze winter voelde ik me nogal somber, net zoals het weer. Het verlies van mijn onderste tak heeft me een knak gegeven. Ik ga stilaan dood, geef ik de strijd dan niet beter op? Straks is het klimaat in deze contreien toch te warm voor ons, beuken. Dan worden we vervangen door palmbomen en cactussen, stel je voor! Dat wil ik niet meer meemaken. Gelukkig hoorde ik dat er eindelijk meer en meer mensen van zich laten horen, ze komen op straat en betogen voor een fatsoenlijk klimaatbeleid. Leve de jonge mensen! Ze hebben alle bladeren nog aan toe groot gelijk! Zij zullen de rommel mogen opruimen van al hun voorvaderen en voormoederen.
Het is zo vreemd immers dat de mens nooit een langetermijnvisie heeft gehad. Zelfs vijftig jaar vooruitdenken lijkt onmogelijk voor hem. Ik snap het niet, een mens in deze streek wordt toch al gauw tachtig jaar en toch lukt het hem niet om zijn leven zo in te delen zodat hij zorgenloos zijn tijd hier op aarde kan doorbrengen. Ik heb talloze mensen hun eigen ondergang zien graven, gewoon voor het plezier van het moment. Een sigaret kan toch geen kwaad? Of een glaasje wijn. En voor ze het weten, zijn ze verslaafd en gaan er aan kapot. Triest vind ik dat! Ze zijn niet in staat om de consequenties van hun daden in te schatten, zelfs niet voor hun eigen lichaam, dus laat staan voor de planeet...
Gelukkig zijn wij, bomen, uit een beter hout gesneden (haha! Goeie, Leopold, bomen uit hout gesneden...) en denken wij wel aan de toekomst van deze planeet. We planten ons voort. Jammer genoeg steekt de mens ook daar constant stokken in onze wielen, want ze doen aan bosbeheer. Alsof de natuur zichzelf niet kan regelen, dat doet ze nochtans al miljoenen jaren!
Maar goed, ik heb besloten mee te strijden voor de planeet en het nog niet op te geven. De toestand is ernstig, maar zolang er bomen zijn, nog niet hopeloos...